Evolutiebanner




Voor bezoekers die even snel willen weten hoe het zit met die voorouders van de mens en geen zin hebben in lange verhalen en diepgaande informatie, heb ik dit onderdeel toegevoegd. Ik heb hierin slechts kort en bondig de kenmerken van onze belangrijkste voorouders, en van de 'moderne' mens, opgenomen. Om het verhaal ook echt kort en overzichtelijk te houden, heb ik bewust geen links opgenomen naar de 'uitgebreide' verhalen.

Als u meer wilt weten over bijvoorbeeld de meest recente fosiele vondsten, waarvan er een aantal inmiddels ook beroemd zijn, verwijs ik u naar het onderdeel 'Voorouders' in mijn site.

Australopithecus afarensis

Australopithecus afarensis

Tijd: Midden-Plioceen
Leefgebied: Afrika (Ethiopië en Tanzania)
Lengte: ongeveer 1,20 meter

De fossiele resten van Australopithecus afarensis, 'de zuidelijke aap van Afar', werden door Donald Johanson in 1974 gevonden in het noorden van Ethiopië. Omdat op de bewuste dag het liedje 'Lucy in the sky with diamonds' van de Beatles werd gedraaid, kreeg de vondst de bijnaam 'Lucy'. Lucy was slechts 1.20 meter lang en dus niet groter dan een modern kind van zes jaar. De schedel en het gezicht leken op die van een chimpansee met grote wenkbrauwbogen en Lucy had slechts een herseninhoud van ongeveer 400 cc. Haar tanden waren afgeschilferd, waarschijnlijk door het afkluiven van botten. Haar heupen waren smal maar mensachtig en de bouw van het bekken wijst uit dat Lucy volledig tweevoetig was. Ze liep iets voorovergebogen, maar niet met de slingerende gang van chimpansees. De voetafdrukken maken duidelijk dat de voeten geen bal aan de basis van de grote teen hadden, maar overeenkomen met die van moderne mensen. Lucy liep dus op een platte voet met de tenen licht naar binnen gekromd. Het bijzondere aan de vondst van Lucy was het feit dat haar skelet nog voor 40% kompleet was. Dit is absoluut uniek in de wereld van de paleontologie. Meestal gaat het slechts om een paar fossiele tanden en met heel veel geluk een deel van een schedel of arm.

Hoewel er inmiddels fossiele resten van oudere voorouders gevonden zijn, is Lucy tot op heden nog steeds de meest spectaculaire vondst uit de geschiedenis van de menselijke evolutie.

Australopithecus africanus


Australopithecus africanus

Tijd: Laat-Plioceen
Leefgebied: Afrika (Ethiopië, Kenia, Zuid-Afrika, Tanzania)
Lengte: ongeveer 1,30 meter

In 1924 werd in Transvaal een onvolwassen exemplaar van Australopithecus africanus opgegraven. De hersenen van africanus waren klein in vergelijking tot moderne mensen en ongeveer even groot als die van chimpansees (400 cc). Africanus had zware kaken en grote hoektanden. De rest van het gebit leek op dat van moderne mensen. Australopithecus africanus was slank gebouwd, woog ongeveer 30 kg en liep rechtop. Zijn levenswijze was evenwel belangrijker dan zijn uiterlijk. Er zijn wetenschappers die veronderstellen dat deze voorouders niet langer in de bossen maar op de savannen leefden, gebruik maakten van werktuigen en in groepen de jacht bedreven. Andere paleontologen betogen dat de bewijzen hiervoor twijfelachtig zijn en dat de benen werktuigen niet anders zijn dan de resten van het maal van een hyena. Hoewel de jacht een belangrijke rol speelde in de evolutie mens is het waarschijnlijk dat plantaardig voedsel zoals zaden, noten, vruchten, stengels, bladeren en wortels, de hoofdmoot van het dieet van de vroege mensen vormde.

Australopithecus robustus


Australopithecus robustus

Tijd Laat-Plioceen tot Vroeg-Pleistoceen
Leefgebied: Afrika (Zuid-Afrika en Tanzania)
Lengte: ongeveer 1,60 meter

Australopithecus robustus was een grote 'robuuste' voorouder van 2,5 miljoen jaar oud die ongeveer 1 miljoen jaar geleden uitstierf. Hoewel hij zeer waarschijnlijk afstamde van Australopithecus africanus is zijn verwantschap met andere australopitheken uit die tijd, zoals Australopithecus boisei en Australopithecus aethiopicus ook mogelijk. Australopithecus robustus onderscheidde zich van de andere voorouders door zijn omvang, door het aapachtige gezicht, zware kaken en grote hersenen (zo'n 500 cc). Evenals zijn verwanten leefde Australopithecus robustus waarschijnlijk op de open vlakten, waar hij zich voedde met planten. Hij was geen jager maar eerder de bejaagde. De best bewaarde skeletten zijn afkomstig van voorouders die door carnivoren (vleeseters) gedood werden. Verder is er nog een verbrijzelde schedel gevonden met de tandafdrukken die exact overeenkomen met de gefossiliseerde tanden van een luipaard.

De erg grote kaken van Australopithecus robustus waren verbonden met krachtige spieren die verankerd waren aan een schedelkam. Hieraan ontleende deze voorouder de bijnaam notenkraker.

Homo erectus


Homo erectus

Tijd: Vroeg- tot Midden-Pleistoceen
Leefgebied: Afrika (Tanzania, Zuid-Afrika en Algerije), Europa (Duitsland, Spanje, Frankrijk, Griekenland en Hongarije) en Azië (Java en China)
Lengte: ongeveer 1,60 meter

Homo erectus (de rechtopgaande mens) was een extreem succesvolle mens, die 1,6 miljoen jaar geleden ontstond en alle andere hominiden, waaronder zijn eigen mogelijke voorouders Australopithecus afarensis en Australopithecus africanus, zag uitsterven. Homo erectus zelf stierf ongeveer 200.000 jaar geleden uit. Qua lichaamsbouw, postuur en de manier van voortbewegen, kwam de vrij kleine Homo erectus sterk overeen met de moderne mens. Ook het hersenvolume (950 tot 1200 cc) kwam in de buurt. De met spraak geassocieerde hersendelen waren goed ontwikkeld. Het hoofd was echter nog uitgerust met de mensaapachtige wenkbrauwbogen en uitstekende kaken. Homo erectus was een in groepen rondzwervende verzamelaar en jager, die echter ook kleine nederzettingen stichtte. Zo werden in Zuid-Frankrijk resten gevonden van hutten met muren van takken, die gestut waren met palen en verankerd met stenen. Hij bezat moderne werktuigen zoals speren, schrapers en bijlen, die gemaakt waren van hout, steen, hoorn en been. Ook werd vuur gebruikt. Rond een half miljoen jaar geleden verliet Homo erectus zijn Afrikaanse geboortegrond en verspreidde zich over de tropische, subtropische en gematigde gebieden van de Oude Wereld. Van deze mens zijn op zeer veel verschillende plaatsen resten gevonden. Aan bijna elke vondst werd een nieuwe naam toegekend met als gevolg een verwarrende overvloed aan namen. Enkele van deze namen zijn: de Javamens, Pekingmens, Pithecanthropus (aapmens), Sinanthropus (Chinamens) en Palaeanthropus (oude mens). Al deze mensen worden tegenwoordig tot één soort gerekend.

Homo habilis


Homo habilis

Tijd: Vroeg-Pleistoceen
Leefgebied: Afrika (Ethiopië, Kenia, Tanzania, mogelijk Zuid-Afrika) en mogelijk Zuidoost-Azië
Lengte: ongeveer 1.20 tot 1.50 meter .

Tussen 2 en 1,5 miljoen jaar geleden leefden er in Oost-Afrika verschillende hominiden naast elkaar. Enkele hiervan waren zo verwant aan de mens dat zij ingedeeld kunnen worden in het geslacht Homo.

Homo habilis was nog steeds vrij kort en licht, maar hij had minder zware kaken en minder vooruitstekende wenkbrauwbogen. Het hoofd en de hersenen (ongeveer 800 cc) waren groter dan die van zijn voorgangers. De hersenen waren bovendien veel complexer, er zijn zelfs aanwijzingen dat Homo habilis kon praten. Homo habilis (de bekwame/werkende mens) was de eerste hominide die met zekerheid werktuigen vervaardigde. Meestal waren dit keien die langs een rand waren afgevlakt, waardoor er een soort snijvlak ontstond. Ook zijn er aanwijzingen dat Homo habilis hutten bouwde, aas at en de jacht bedreef.

Homo sapiens neanderthalensis

Homo sapiens neanderthalensis

Tijd: Laat-Pleistoceen
Leefgebied: Europa (Middellandse Zeegebied) en Azië (Israël) Lengte: ongeveer 1,70 meter

De 'wijze man uit de vallei van de rivier de Neander' is vernoemd naar een vindplaats in Duitsland (Feldhofer Felsen in het Neanderthal bij Düsseldorf) waar in 1856 een aantal skeletten werd gevonden.

Het duurde echter meer dan 20 jaar voordat antropologen het belang van de vondst accepteerden. En zelfs toen zij dat deden, portretteerden zij de Neanderthalers als zeer 'subhumane', primitieve wezens met weinig intelligentie. Het is nu bekend dat het om krachtig gebouwde, intelligente mensen ging die zo'n 30 procent groter en zwaarder waren dan moderne mensen, waarbij de mannen zo'n 90 kilo wogen. Later zijn er op tal van plaatsen, van Gibraltar en Noord-Afrika tot Oost- en Centraal-Azië, vondsten van deze mens gedaan.

De Neanderthalers verschenen zo'n 250.000 jaar geleden en waren vooral in de warme perioden aan het einde van het Pleistoceen erg talrijk. Rond 30.000 jaar geleden zijn ze uitgestorven. Tot voor kort dacht men dat de Neanderthalers zich vermengd hadden met de latere verder ontwikkelde migranten uit Noord-Afrika. Maar nu lijkt het waarschijnlijker dat de Neanderthalers de meest recent uitgestorven zijtak van de menselijke familie zijn geweest. DNA-resten uit originele Neanderthal­fossielen hebben aangetoond dat moderne mensen geen genetische kenmerken van hen hebben geërfd. De Neanderthalers en de Cro-Magnons hebben zich blijkbaar niet geslachtelijk vermengd, hoewel zij op sommige plekken zo'n 10.000 jaar samen hebben geleefd. De DNA-gegevens tonen ook aan dat Neanderthalers en moderne mensen van een gemeenschappelijke voorouder afstammen (Homo heidelbergenis). De ten noorden van de Pyreneeën levende Neanderthalers hebben bepaalde 'ontwikkelde' gedragingen van Cro-Magnon overgenomen, maar de zuidelijker Spaanse Neanderthalers deden dat niet. Ze stierven alle tussen de 34.000 en 3000 jaar geleden uit. Het is niet duidelijk waarom.

Hun lichaam was kort en stevig gebouwd. De handen waren groot, evenals de gewrichten. Het hoofd was breed en voorzien van een platte of bolvormige neus en vooruitstekende wenkbrauwen. Het hersenvolume was vaak groter dan 1400 cc en dus gemiddeld groter dan dat van de hedendaagse mens. De Neanderthalers waren hoogontwikkeld en gebruikten vele en goede werktuigen. Ze kenden ook een primitieve godsdienstige cultuur. Zo begroeven ze bijvoorbeeld hun doden en vereerden zij de holenbeer Ursus spelaeus

Cro-Magnon mens

Cro-Magnon mens (Homo sapiens)

Tijd: Laat-Pleistoceen tot recent
Leefgebied: Wereldwijd
Lengte: ongeveer 1.50 tot 1.80 meter

De moderne ondersoort van Homo sapiens is vanaf 35.000 Jaar geleden in de gehele wereld bekend. Kunstvoorwerpen en grotschilderingen van deze mensen, die gevonden zijn in Frankrijk en dateren van 30. 000 jaar geleden, getuigen van hun hoge culturele ontwikkeling. Uit de resten van de 'Cro-Magnon mens' leidt men af dat ze er een strikt stammensysteem op nahielden. Verder maakten zij werktuigen, jaagden ze, visten ze, verzamelden planten en hielden mogelijk vee, bouwden hutten en maakten kleren, waardoor ze in staat waren de laatste perioden van het Pleistoceen te overleven. Rond 10.000 jaar geleden ontwikkelden de verschillende werelddelen, geheel onafhankelijk van elkaar, een landbouwsysteem. Er werden dieren gedomesticeerd en gewassen verbouwd. Door het vermogen van Homo sapiens om de natuurlijke omgeving aan te passen, verwierf hij geleidelijk zijn dominante positie.

 

Homo sapiens

Homo sapiens

Tijd:160.000 jaar tot heden
Leefgebied: Wereldwijd
Lengte: ongeveer 1.50 tot 2.00 meter

Homo sapiens betekent 'verstandige' mens. Je ziet ook wel eens de naamgeving Homo sapiens sapiens. Dan wordt het moderne en 'denkende' mens. Uit recent onderzoek wordt aangenomen dat Homo sapiens zich zo'n 160.000 jaar geleden qua intelligentie en ontwikkeling los heeft gemaakt van de Neanderthalers.

Zo'n 40.000 jaar geleden verspreidden de 'moderne mensen' zich snel en bevolkten ze de moderne wereld. Hoewel er sprake is van grote onderlinge verschillen in uiterlijk, wordt vrij algemeen aangenomen dat de mens in deze periode niet van uiterlijk veranderd is.

De tekst heb ik deels ingekort en op diverse plaatsen aangepast aan mijn eigen visie.

Bron: De geïllustreerde encyclopedie van Dinosauriers en Prehistorische dieren (Köneman).

Naar homepage